Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Daarna komt de landpale af naar de beek Kana tegen het zuiden [6]der beek. [7]Deze steden zijn van Efraim in het midden der steden van Manasse; en de landpale van Manasse is aan het noorden der beek, en haar uitgangen zijn aan de zee. 6. Of, van het dal. 7. Te weten, Tappuah en Kana; hij wil zeggen dat de steden en het land der stammen van Efraim en Manasse onder elkander vermengd waren. Zie boven, hfdst.16 vs.9.